Net voor zonsopkomst. Het is rustig aan het front. Een enkel vogeltje zingt zijn of haar ochtendlied. Het belooft een mooie dag te worden.
Ik lig verdekt opgesteld achter de eerste linie. Met een verrekijker speur ik het niemandsland af dat voor mij ligt. Mijn oog valt op een slak, die indringend terug lijkt te kijken. Ook een vijand, maar niet de vijand waar ik mij vandaag op richt.
Ik speur verder. Het is al een aantal dagen extreem rustig aan het front. Verdacht rustig. Afgelopen weekend zijn de laatste zichtbare verzetshaarden van Groep Grasland opgeruimd. Dan heb ik het uiteraard over de oorlog tegen de bamboestaken. Deze laatste actie leverde ook nog weer zo’n anderhalve meter aan wortelstok op. Dat zorgde dan weer voor anderhalve meter loopgraaf in het grasveld. Het is voor de goede zaak, zullen we maar zeggen.
Sindsdien is het rustig. Uiteraard blijven wij in de hoogste staat van paraatheid. Tijdens dagelijkse patrouilles kijken we nauwgezet om ons heen. Blijft het rustig? Of zien we ergens een nieuwe cel van de Groep Grasland ontstaan?
Terwijl de zon voorzichtig boven de horizon uit piept sta ik op. Ik pak mijn wapenrusting. De spade. De pikhouweel. Een mand om de stoffelijke resten van vijandelijke troepen in te verzamelen. Voorzichtig doe ik de achterdeur open. Ik loer om het hoekje. Het blijft rustig. Ik word niet onder vuur genomen door vijandelijke sluipschutters. Ik haal nog een keer diep adem en loop naar buiten.
Het moment van de waarheid. De rand van het grasveld. Voetje voor voetje betreed ik het domein van de vijand. Systematisch, sector voor sector, zoek ik het gebied af. Dat valt nog niet mee, we zijn actief bezig om het voorheen strakke gazon te laten verwilderen tot een kruidenrijk grasland. Maar inmiddels ben ik geoefend in het herkennen van de vijand. De groene kopjes. De segmenten. Het gehate bamboe.
Na een half uur kan ik het sein veilig geven. Geen nieuwe bamboescheuten. Vandaag niet.
We hebben een grote tuin, die door de vorige bewoners over een periode van ruim 30 jaar opgebouwd is. En dan sluipt er wel eens een foutje in. Eén van de foutjes hier heet bamboe. Veel mensen houden ervan. Wij niet. Maar we hebben wel twee ‘bamboe kolonies’ in onze tuin staan.
Bamboe woekert enorm. Daarom wordt het vaak in potten of omringd door wortelscherm gebruikt. Maar het is lastig in toom te houden. Het heeft maar één kansje nodig om een wortelstok naar buiten te krijgen en de grote expansie is begonnen. En die kans heeft het bamboe in onze tuin duidelijk gehad. En gegrepen. Tot bijna tien meter van de harde kern vinden we nieuwe scheuten die hun kop boven de grond uitsteken. En daarna in razend tempo de lucht inschieten.
Wij willen zoveel mogelijk terug naar authentieke lokale beplanting. Zo min mogelijk exoten. Bamboe past daar wat mij betreft niet in. Ook al zijn de stokken wel handig in de moestuin natuurlijk. Maar het voordeel van die staken weegt voor ons niet op tegen het ongemak van de woekerende bamboe.
Tijd voor actie dus!
Onderzoek
Zoals wel vaker begint actie met gedegen onderzoek. Op internet kom je veel adviezen tegen voor het verwijderen van bamboe. Veel van die adviezen hebben het over chemische bestrijdingsmiddelen, maar dat vinden we hier in Elders onbespreekbaar.
Ten eerste, begin met het radicaal kortwieken van de bamboe. Zaag, snoei, knip, snijd, de plant boven de grond zo ver mogelijk weg.
Zonder nu de gekortwiekte bamboe die je wilt verwijderen af met een spade en snijd de worteltakken door. Werk van buiten naar binnen en graaf de bamboe stukje voor stukje uit de grond.
Houd er rekening mee dat het zelfs weken kan duren voor je de hele plant eruit hebt. Graaf diep genoeg, zodat je ook de diepste wortels te pakken krijgt.
Uiteindelijk moet elke worteltak en uitloper de grond uit zijn. Ga zorgvuldig te werk: als je een klein stukje wortel laat zitten, groeit die gemakkelijk weer aan. Soms al na twee dagen!
De Eerste Slag Om Elders
Ik was dus voorbereid. Tot de tanden gewapend. In de inventaris die wij overgenomen hebben met het huis bevindt zich allerlei tuingereedschap.
En ik had het nodig. De oorspronkelijke kern bamboe (codenaam Bamboe One) had een monsterverbond gesloten met een uit de kluiten gewassen varen. Voor de kenners: taai, dicht wortelstelsel. Met snoeischaar en takkenknipper ging ik het bos te lijf. Een spade werd ingezet. En uiteindelijk was er een pikhouweel nodig om de wortelstelsels onder bedwang te krijgen.
Guerilla-oorlog
Een slag gewonnen dus. De vijand geraakt in de kern. Die zat. Die was raak.
Maar in mijn hart wist ik dat dit niet voort kon duren. En dat klopt. Drie dagen later stak het eerste bamboestaakje z’n kopje alweer omhoog op de positie van de legergroep Bamboe One.
De eerste guerrilla oorlog werd vervolgens uitgevochten met Bamboe Groep Grasland. Over een lengte van bijna tien meter werd hun tunnelnetwerk (codenaam Wortelstok) uitgegraven. Op zeker tien plekken leidde dat tot felle gevechten met gevechtseenheden (codenaam Bamboestaak Alpha tot en met Kilo).
Stuk voor stuk werden die eenheden verslagen door de speciale Eenheden van Elders, geholpen door commando-eenheid Hondje.
Helaas constateerde ik nog geen dag later dat sommige eenheden van de Groep Grasland aan mijn aandacht ontsnapt waren. Maar hun tijd komt ook nog…
Vriendin heeft afgelopen weekend ook al slag geleverd met Groep West, die zich bevond in het perk ten westen van de oorspronkelijke legergroep. Daar is vooralsnog geen spoor van de vijand meer te bekennen.
We kennen nu nog de positie van de vijandelijke eenheden van Groep Zuid. Ten zuiden van de oorspronkelijke legergroep Bamboe One. Maar die is lastig. Die heeft zich verscholen tussen de struiken en daar verbondjes gesloten met de BBB (boompjes boompjes beweging) en de PVV (partij voor varens en vrijheid). Dat zijn vervelende combinaties en maakt dat deze bamboe-eenheden moeilijk te bestrijden zijn.
Maar één ding is zeker! Wij zullen zegevieren. Zonder gif en zonder twijfel!